Lange tijd hebben we gedacht, dat we voldoenden vitaminen, mineralen en spoorelementen binnenkrijgen, wanneer we maar gezond genoeg eten. En er zijn veel mensen die dit nog steeds denken. Maar is dit ook zo?
Selenium en Zink tekort
Het wordt flink gepromoot; genoeg groente en minimaal 2 stuks fruit per dag. Dat zou genoeg moeten zijn om tekorten te voorkomen. De stelling van de overheid is, dat een gezonde, evenwichtige voeding alles bevat wat je nodig hebt. Toch lijkt dat niet meer op te gaan. Naast vitaminen heeft het lichaam ook spoorelementen nodig. Het lichaam neemt maar hele kleine deeltjes van deze stof op, maar ze zijn onmisbaar voor een goede gezondheid. Twee voorbeelden hiervan zijn Selenium en Zink. Helaas bevat de europese bodem niet meer voldoende selenium en zink, waardoor er een ernstig tekort dreigt, ook bij Nederlanders die wel gezond eten.
Immuunsysteem
Selenium is van groot belang voor het immuunsysteem. Uit onderzoek blijkt ook, dat het een goede bescherming is tegen kanker. Het heeft een versterkende werking en laat het beter werken. Al in 1996 werd een experiment gedaan met meer dan 3000 mensen, die huidkanker hadden. Het onderzoek werd voortijdig gestopt toen bleek, dat de kans om aan een andere kankersoort te overlijden halveerde bij de groep die 200 mcg selenium per dag kregen. Ook zink is belangrijk voor het immuunsysteem. Dit bleek uit onderzoek met jonge kinderen, die 120 dagen zink suppletie kregen. Uit een artikel uit 1999 blijkt, dat alle Nederlanders een zink tekort hebben. Wetenschappers vanuit Denemarken, Zweden en Engeland gaan onderzoek doen naar de preventieve werking van selenium bij kanker, het zgn. PRECISE onderzoek (Pevention of Cancer by Intervention with Selenium).
Dagelijks benodige hoeveelheid
Het is nog niet helemaal duidelijk, wat de beste aanbevolen hoeveelheid Selenium is. De WHO beveelt 50 tot 200 mcg per dag aan. Nederland zit daarentegen weer een stuk lager met 70mcg. Voor zink geldt, dat een teveel juist weer niet goed kan zijn. Een hoeveelheid van 15 mg per dag zou goed moeten zijn.
Bron: Pillie Willie, DTU, Denemarken